...gastheer van de Prijzenswaardige...
Khalid ibn Zayd ibn Koelayb van de Banoe Nadjarstam was een vooraanstaande metgezel, die een hele goede band had met de Profeet had. Hij stond bekend als Aboe Ayyoeb (de vader van Ayyoeb) en hij genoot een privilege waarom vele Ansar van Medina hem benijden.
Toen de Profeet na zijn hidjrah uit Mekka in Medina aankwam, werd hij met veel enthousiasme door de Ansar uit Medina begroet. Ze hadden naar hem verlangd en hun ogen volgden hem vol liefde en toewijding. Ze wilden hem de best mogelijke ontvangst geven.
Mohammed
stopte eerst bij Quba, even buiten Medina en bleef daar gedurende aantal dagen. Het eerste, wat hij daar deed, was het bouwen van een moskee. Deze moskee wordt in de Qor´aan beschreven als:
De Profeet(s.a.w.s) kwam op zijn kameel, genaamd al-Qaswa, Medina binnen. De leiders van de heilige stad Medina stonden langs de weg. Elk van hen hoopte, dat de Mohammed voor zijn huis zou stoppen en bij hem zou blijven. De een na de ander ging voor de kameel staan en verzocht: "Blijf bij ons, O Rasoeloellah."
"Laat de kameel gaan," zei de Profeet . "Hij staat onder Goddelijke leiding."
De kameel liep door en werd nauwlettend door de mensen van Yathrib gevolgd. Als hij het ene huis voorbij liep, dan was de eigenaar bedroefd en teleurgesteld en nam de hoop van de mensen die verderop stonden, toe.
De kameel liep op deze manier door en de mensen volgden hem. Bij een open ruimte voor het huis van Aboe Ayyoeb al-Ansari aarzelde de kameel maar de Profeet steeg niet af. De kameel aarzelde niet lang en liep weer door. Echter even later, draaide de kameel weer terug en stopte op dezelfde plaats als even daarvoor. Aboe Ayyoeb was erg blij. Hij liep op de Profeet af en groette hem heel enthousiast. Hij nam de bagage van de Profeet in zijn armen en hij had het gevoel, dat hij de kostbaarste schat ter wereld droeg. De bagage van de geliefde Profeet , wie zou dat niet willen dragen.
Het huis van Aboe Ayyoeb had twee verdiepingen. Hij ontruimde de bovenste verdieping, zodat de Profeet daar kon verblijven. Maar Mohammed had liever de onderste verdieping
De nacht kwam en Mohammed ging rusten. Aboe Ayyoeb ging naar de bovenste verdieping. Toen hij de deur achter zich dicht deed, keek hij zijn vrouw aan en zei:
"Wee ons! Wat hebben we nu gedaan? De Boodschapper van Allah zit beneden en wij zitten hoger dan hij! Mogen we wel boven de Boodschapper van Allah lopen? Komen we zo dan niet tussen hem en de Wahy (de Openbaring)? Als dat zo is, dan zijn we gedoemd."
Het echtpaar maakte zich grote zorgen en wist niet wat te doen. Ze kregen pas wat rust, toen ze aan de zijkant van het gebouw zaten en niet direct boven de Profeet . Ze letten heel goed op, dat ze slechts aan de zijkant van de vloer en niet op het middenstuk liepen.
‘s Ochtends zei Aboe Ayyoeb tegen de Boodschapper : "Bij Allah, we hebben vannacht geen oog dichtgedaan, ik niet en Oem Ayyoeb ook niet." "Hoe komt dat, O Aboe Ayyoeb?" vroeg de Profeet . Aboe Ayyoeb legde uit, hoe afschuwelijk zij zich voelden omdat ze boven de Profeet waren en op die manier tussen de Profeet en de Openbaring konden komen. "Maak je maar niet ongerust, Aboe Ayyoeb" antwoordde de Profeet . "We geven de voorkeur aan de benedenverdieping omdat veel mensen ons komen bezoeken."
"Wij onderwierpen ons aan de wensen van de Profeet," ging Aboe Ayyoeb door, "tot op een koude nacht een va onze kommen brak, waardoor er water op de vloer kwam. We hadden slechts een stuk fluweel dat we als deken gebruikten. We depten het water daarmee op, want we waren bang dat het door zou lekken naar de Profeet. ‘s Ochtends ging ik naar de Profeet toe en zei: "Ik vind het vervelend om boven u te wonen," En vertelde hem wat er gebeurd was. Hij gaf gehoor aan mijn wens en ruilden van verdieping."
De Profeet bleef bijna zeven maanden bij Aboe Ayyoeb wonen, tot de moskee op de open ruimte, waar de kameel gestopt was, klaar was. Hij verhuisde naar de kamers, die rond de moskee voor hem en zijn familie waren gebouwd. Hij werd dus de buurman van Aboe Ayyoeb. Wat had hij een nobele buurman gekregen!
Aboe Ayyoeb bleef met zijn hele hart van de Profeet houden en de Profeet hield van hem. Ze gingen met elkaar om zonder plichtplegingen. De Profeet beschouwde het huis van Aboe Ayyoeb nog steeds als het zijne. De volgende anekdote laat ons heel goed zijn, wat voor relatie deze twee mannen hadden.
Aboe Bakr verliet eens op een gloeiendhete middag zijn huis en ging naar de moskee. Omar zag hem en vroeg: "Aboe Bakr, wat brengt jou hier op dit uur van de dag?" Aboe Bakr vertelde, dat hij zijn huis had verlaten, omdat hij zo´n honger had. Omar vertelde dat hij om dezelfde reden zijn huis had verlaten. De Profeet(s.a.w.s) kwam naar hen toe en zei: "Wat brengt jullie twee op dit uur van de dag hier." Zij vertelden het hem en hij antwoordde: "Bij Hem in Wiens handen mijn ziel is, honger is bij mij ook de reden waarom ik naar buiten kwam. Maar ga maar met mij mee."
Ze gingen naar het huis van Aboe Ayyoeb al-Ansari. Zijn vrouw opende de deur en zei: "De Profeet en iedereen die bij hem is, is welkom". "Waar is Aboe Ayyoeb?" vroeg de Profeet . Aboe Ayyoeb, die in een palmgaarde vlak in de buurt werkte, hoorde de stem van Mohammed(s.a.w.s) en kwam meteen.
"De Profeet en iedereen die bij hem is, is welkom," zei hij en ging verder, "O Profeet van Allah, dit is niet de tijd, dat u gewoonlijk hier komt." Aboe Ayyoeb hield elke dag wat voedsel voor de Profeet(s.a.w.s) achter. Als de Profeet niet voor een bepaald uur kwam, gaf Aboe Ayyoeb het aan zijn familie. "Je hebt gelijk," gaf de Profeet(s.a.w.s) toe.
Aboe Ayyoeb ging naar buiten en haalde een tros dadels, die zowel rijpe als halfrijpe vruchten bevatte. "Ik wil niet dat je dit afsnijdt," zei de Profeet(s.a.w.s) "Kon je me niet alleen rijpe dadels brengen?" "O Rasoeloellah, eet alstublieft van de rijpe(roetb) als halfrijpe dadels(boesr). Ik zal ook een beest voor je slachten." Waarop de Profeet waarschuwde: "Als je dat gaat doen, dood dan geen beest, dat melk geeft."Aboe Ayyoeb slachtte een jonge geit, kookte de ene helft en grilde de andere helft. Ook vroeg hij zijn vrouw om wat te bakken, want zij bakte beter dan hij, gaf hij toe.
Toen het eten klaar was, werd het voor de Profeet en zijn twee vrienden neergezet. De Profeet(s.a.w.s) nam een stuk vlees, legde dat op een stuk brood en zei: "Aboe Ayyoeb, breng dit stuk naar Fatimah. Ze heeft dagen lang niet zoiets gehad."
Toen ze hadden gegeten en voldaan waren, zei de Profeet bespiegelend: "Brood en vlees en boesr en roetb!" Tranen liepen over zijn wangen terwijl hij vervolgde: "Dit is een overvloedige zegening, waarover je op de Dag des Oordeels zal worden ondervraagd. Als je zoiets tegen komt neem het dan in je handen en zeg: ‘Bismillah (in de naam van Allah)’ en als je klaar bent zeg dan: "Al hamdoe lillah alladhie hoewa ashba´na wa an´ama alayna (lof zij Allah die ons genoeg gegeven heeft en die ons met overvloed overladen heeft.)’ Dit is het beste."
Dit zijn enige momenten van het leven van Aboe Ayyoeb in vredestijd. Maar hij heeft zich ook onderscheiden in zijn militaire carrière. Hij was gedurende lange tijd soldaat en er werd over hem gezegd: "hij is nooit bij een slag die de moslim in de tijd van de Profeet tot de tijd van Moe´awiyah vochten, weggebleven, behalve als hij opdat moment verwikkeld was in een andere slag."
De laatste campagne waar hij deel uit maakte was de expeditie tegen Constantinopel, die door Moe´awiyah was voorbereid en door zijn zoon Yazid werd geleid. In die tijd was Aboe Ayyoeb een hoog bejaarde man van bijna tachtig jaar. Maar dat weerhield hem niet om met het leger mee te gaan en de zee als een ghazi op Allah´s, weg over te steken. Nadat hij slechts korte tijd aan de strijd had meegedaan, werd Aboe Ayyoeb ziek en moest zich uit het gevecht terugtrekken. Yazid kwam naar hem toe en vroeg: "Heb je iets nodig, Aboe Ayyoeb?"
"Geef mijn Salaam aan het moslimleger en zeg hen: "Aboe Ayyoeb verlangt van jullie, dat jullie zo diep mogelijk het gebied van de vijand doordringen, en dat jullie hem meedragen en hem onder jullie voeten bij de muren van Constantinopel begraven."
Toen blies hij zijn laatste adem uit.
Het moslimleger vervulde de wens van de sahabah van de Boodschapper van Allah. Zij drongen het vijandelijke leger meer en meer terug, tot ze bij de muren van Constantinopel reikten, waar ze hem begroeven.